ANBI-informatie

De structuur van de informatie is gebaseerd op het Standaardformulier ANBI Algemeen. De stichting is een kleine ANBI-stichting.

RSIN-nummer:                                                                 822012510

Registratienummer Kamer van Koophandel:             30282742

Adres:                                                                                 Handellaan 13, 3906 BX Veenendaal

Telefoon:                                                                           0318 722307

E-mail:                         info@stichting.dibana.nl

Website:                     www.stichting-dibana.nl

Actief in sectoren van algemeen belang: internationalisering; onderwijsontwikkeling; letteren, kunst en cultuur; welzijn - inclusiviteit

Actief in landen: Nederland, Zuid-Afrika, Suriname, Caribisch gebied van het Koninkrijk der Nederlanden, landen van Zuidelijk Afrika

Kenmerkend voor deze landen: onderdeel van het 'Nederlandse taalgebied', waar het Nederlands en daarmee verwante talen gesproken worden, vaak met andere talen als tweede taal

Medewerkers: vier vrijwilligers, geen betaalde medewerkers

Bestuur van de stichting Dibana

De stichting heeft de volgende functies in de statuten opgenomen en de uitoefening daavan:
Voorzitter: mevrouw drs. S. van der Ree
Secretaris en penningmeester: de heer drs E. Buiten
Algemeen lid: mevrouw M. van de Beek
Algemeen lid: de heer drs. A. Uyterlinde
De basis van samenwerking in de stichting is vrijwilligheid.

Het beloningsbeleid is gebaseerd op vrijwilligheid, zonder beloning. Waar onkosten nodig zijn, worden die vergoed.
Dat geldt in het algemeen ook voor experts die waar nodig ingeschakeld worden, waarbij binnen de grenzen van de ANBI-regelgeving geldt dat bij noodzakelijkheid van medewerking een beloning betaald kan worden.

Doelgroepen

Algemeen publiek binnen het Nederlandse taalgebied.
Instellingen binnen en buiten Europa die dezelfde doelen nastreven.
Groepen/studenten die belangstelling hebben voor onderwijs en cultuur in zuidelijk Afrika.
Personen die het Nederlands niet voldoende beheersen en advies of training nodig hebben.
Leerlingen die ondersteuning nodig hebben om zich te bekwamen in taal en rekenen met als doel maatschappelijk redzaam te worden.
Personen die betrokken zijn op natuurbeheer en wildlife in zuidelijk Afrika.

Visie, missie, doelstelling en beleid

Visie

Taal - is een basisvoorwaarde voor ontmoeting van mensen. Welzijn en wederzijds begrip kunnen ontstaan door ontmoeting. Dibana betekent 'ontmoeting' in het isi-Xhosa, een van de talen in Zuid-Afrika. Als taalbarrieres en ongeletterdheid door onderwijs beschikbaar komen, vooral bij kansarmen in de samenleving, kan welzijn verbeteren. In het Nederlandse taalgebied valt dan ook nog veel te verbeteren, in het bijzonder in Zuidelijk Afrika.

Missie

Het bevorderen van het gebruik van het Nederlands en het Afrikaans in het Nederlandse taalgebied en daarbuiten, voor een algemeen publiek.|
Het bestrijden van laaggeletterdheid bij economisch zwakkeren met behulp van onderwijs en training.
Het bevorderen van taalbeleid vanuit onderzoek en ervaring.

Hoofdlijnen beleidsplan (meerjarig)

Beleid: afbakening van activiteiten die het Nederlandse taalgebied betreffen, waar het Nederlands en verwante talen worden gesproken.
Activiteiten richten zich op instellingen van onderwijs, op beleidsmakers, op taalonderzoekafdelingen in hoger onderwijs.
Samenwerking met uitvoerenden en experts.

Beleid ten aanzien van beloning is vrijwilligheid als basis en onkostenvergoeding waar nodig. In bijzondere gevallen kan een beloning voor werkzaamheden worden verstrekt, met inachtname van de ANBI-regelgeving. De uit te voeren werkzaamheden zijn projectmatig meerjarig van aard, omdat met name in het onderwijs beleid en uitvoering over meerdere jaren ontworpen, uitgevoerd en geevalueerd worden.

Periode 2020-2025

1. Het bemiddelen bij onderwijsstages en begeleiden van studenten uit het pedagogisch onderwijs op scholen in Zuid-Afrika. De stage draagt bij aan het uitwisselen van kennis en ervaring in twee verschillende onderwijssystemen, waarbij wederkerig leren het uitgangspunt is. Deze uitwisseling is ook intercultureel van belang, omdat studenten kennismaken met een onderwijssituatie in een meertalige context, een ander pedagogisch klimaat en praktisch betrokken zijn bij schoolse en buitenschoolse activiteiten.

2. Het uitvoering geven aan taalbeleid op scholen in samenwerking met onderwijsdepartementen. Het begeleiden van onderzoek op scholen over taal, lezen en methodieken en het toepassen van taal als middel bij andere vakken. In ruraal onderwijs in Zuid-Afrika het opbouwen van duurzame relaties en helpen bij het verkrijgen van onderwijsmiddelen om kansarme leerlingen een kans te geven het primair onderwijs succesvol af te ronden.

3. Het toegankelijk maken van interculturele jeugdliteratuur voor onderwijs in Nederland, onder andere via multimediale toepassingen.

4. Het bevorderen van het begrip voor Afrikaans als taal en voor Afrikaanse letterkunde in het primair en voortgezet onderwijs in Nederland.